VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Na desastreuze jaren wil BAM definitief breken met de oude gewoonte van jagen op omzet en projectverliezen. Over drie jaar moet de bouwer kleiner zijn met voorspelbaardere resultaten. Een wat diepere blik op de nieuwe plannen laat zien dat de onderliggende winstdoelstelling nauwelijks anders is dan die van de afgelopen jaren.

Voor beleggers in BAM was 2020 een verloren jaar. Het grootste bouwconcern van Nederland sloot het jaar af met een bijna historisch verlies van 120 miljoen euro. Opnieuw verziekten enkele verliesprojecten het totale resultaat. Zo trokken tegenvallers bij een museum in Dubai, een ander project in het Midden-Oosten en enkele Nederlandse infrawerken diepe sporen in de cijfers.

Voormalig Akzo-bestuurder Ruud Joosten moet BAM uit het slop trekken. De eerste topman uit de BAM-historie die niet uit de eigen gelederen komt, trok zes maanden uit om een nieuwe strategie uit te dokteren. Het resultaat van die exercitie presenteerde hij donderdag tijdens een analistendag.

Achter de hand
Beleggers hadden daarbij misschien op rigoureuze stappen gerekend, maar Joosten houdt echt stevige ingrepen nog even achter de hand. Vooralsnog blijft BAM actief in vijf landen. Uit de plannen blijkt wel dat de toekomstige winsten moeten komen uit Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Dit zijn de kernlanden waar het bedrijf volgens Joosten voldoende schaal en concurrentiekracht heeft.

Voor Duitsland en België, samen verantwoordelijk voor een vijfde van de groepsomzet, lijkt een verkoop een kwestie van tijd. Vooral Duitsland is al langer een blok aan het been. BAM lijdt hier jaarlijks enkele tientallen miljoen euro’s verlies. Joosten wil in beide probleemlanden eerst proberen de resultaten de goede kant op te krijgen. Als dat herstel te traag gaat, is het afstoten van die onderdelen onvermijdelijk. Collega-bouwer Heijmans verkocht vier jaar geleden zijn winstgevende Duitse en Belgische onderdeel om een faillissement te voorkomen.

Een verkoop kan wel leiden tot een boekverlies en dus tot een verdere aanslag op de solvabiliteit. Toch kan BAM het zich niet veroorloven slecht renderende activiteiten te houden. Het buffervermogen ligt nu op 13 procent van het balanstotaal, het laagste punt in zeker tien jaar.

Kleiner bedrijf
Die kapitaalratio richting de twintig procent krijgen, is een van de opdrachten voor Joosten. Verder  koppelt hij drie financiële doelstellingen aan zijn strategie. Zo geeft het bedrijf voor het eerst een omzetdoel af. In 2023 zal er een kleiner BAM staan met een omzet van ongeveer 5,5 miljard euro. Afgelopen jaar was dat ruim 6,8 miljard euro.

Een krimpscenario is een voor de hand liggend streven. Het al langer gehoorde credo ‘marge boven volume’ moet nu echt in de praktijk worden gebracht. Als voorbeeld noemde Joosten dat BAM minder risico’s wil nemen bij het aannemen van grote infrastructurele projecten.

Werken met een aanneemsom boven de 150 miljoen euro tegen een vaste prijs zal het bedrijf voortaan weigeren. Bij de uitvoering hoeft het bij dit soort contracten maar even tegen te zitten of BAM loopt tegen grote verliezen aan. De opdrachtgever draait immers niet op voor extra kosten.

Door de scheve verhouding tussen risico en rendement op dit soort projecten is het najagen van omzetgroei in het verleden een verkeerde keuze geweest.  

Nauwelijks hoger winstdoel
Op die lagere omzet wil BAM over drie jaar een winst halen van vijf procent vóór rente, belastingen en afschrijvingen (ebitda). Maar hoe anders is dat ambitieniveau ten opzichte van de winstdoelstelling die de voorganger van Joosten vijf jaar geleden al afgaf?

Op het eerste gezicht lijkt het een behoorlijke sprong, het is toch een stuk minder indrukwekkend. Destijds wilde BAM aan iedere euro omzet tussen de twee en vier eurocent aan winst (vóór belastingen) overhouden.

Een operationele winst van vijf procent op een omzet van 5,5 miljard euro betekent een ebitda-resultaat van 275 miljoen euro. Na aftrek van geschatte afschrijvingen op productiemiddelen en immateriële zaken als software blijft een ebit-cijfer over van rond de 130 miljoen euro. De marge zal dan op ongeveer 2,5 procent uitkomen. Dat is de winst vóór aftrek van belastingen en rentelasten. De oude ondergrens lag op twee procent, met het verschil dat dit cijfer na rentelasten was. Als voor die rentelasten gecorrigeerd wordt, is het ambitieniveau nauwelijks aangepast.

Waardecreatie noodzakelijk
Een andere financiële doelstelling laat Joosten helemaal ongemoeid. Het rendement op het ingezette kapitaal (return on capital employed, roce) moet in 2023 op minimaal tien procent liggen. Dat was de afgelopen jaren ook al het streven, maar BAM haalde die drempel nooit.

De roce-maatstaf geeft aan hoeveel rendement wordt gehaald op de geïnvesteerde middelen. Het cijfer is afhankelijk van twee factoren: de operationele marge en de kapitaalsproductiviteit. Deze productiviteit geeft de verhouding aan tussen de omzet en het geïnvesteerde kapitaal dat nodig is om die omzet te halen. Over de laatste drie jaar lag dit cijfer gemiddeld op ruim vier. Als BAM dat verhoudingsgetal rond dat gemiddelde weet te houden, en tegelijkertijd de ebit-marge richting de 2,5 procent kan tillen, ligt het roce-doel binnen handbereik (2,5 maal vier). Op dat moment zal BAM ook zijn eigen kapitaalkosten kunnen goedmaken, een voorwaarde voor financiële waardecreatie.

BAM is een zogeheten asset light bedrijf. Het heeft relatief weinig middelen nodig voor zijn bedrijfsvoering. Het ingezette kapitaal bestaat uit gebouwen, bouwmaterieel (machines, vrachtwagens), goodwill en cashgeld. Die kaspositie is nu wel geflatteerd. BAM nam uit voorzorg extra bankkrediet op en heeft ook belastinguitstel gekregen. Verder is voor het kapitaalbeslag ook het werkkapitaal van belang, maar bij BAM is het saldo van nog te innen bedragen (debiteuren en onderhanden werk) en facturen die het zelf nog moet betalen (crediteuren) negatief. Dat drukt het geïnvesteerd kapitaal naar beneden en dat moet de komende jaren ook zo blijven.

De nieuwe piketpaaltjes van Joosten zijn dus niet eens wezenlijk anders dan de doelstellingen van vijf jaar geleden. Maar die heeft het bedrijf nooit gehaald. De nieuwe vergezichten ogen misschien wat voorzichtig, het verschil moet dit keer komen uit een vlekkeloze uitvoering zonder zeperds. Gelet op het trackrecord van BAM zal dat al een hele opgave worden.




Gerelateerde artikelen